Verhalen van bewoners
Lees hier de persoonlijke belevenissen en verhalen van onze bewoners. Met dank aan de medewerking en openheid van bewoners onder ons en die ons ontvallen zijn.

Een nuchtere en optimistische broeder
“Ik kwam in De Beyart wonen toen ik in 1954 toetrad tot de Broeders van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria. Ik woon er nog steeds. Dat zegt al genoeg over de waarde die ik hecht aan mijn verblijf hier. In al die jaren heb ik volledig mezelf kunnen zijn. Dat neemt niet weg dat je enigszins meebeweegt met de normen en waarden die gelden binnen De Beyart. Zo zijn er vaste etenstijden en in coronatijd moet je natuurlijk de 1,5 meterregel respecteren.”
Een nieuwe walnoot
“Nu ik een hoge leeftijd heb bereikt, begin ik te leren geduld op te brengen. Daar heb ik wel een leven voor nodig gehad. Het bewijs is mijn eigen tuin. Ik zal je daar straks in rondleiden.’ Broeder Gait Welling wijst vervolgens op een vensterbank in zijn kamer waarop diverse planten staan. ’Als je iets zaait, moet je nu eenmaal wachten. Zo leer je ook geduldig te zijn. In het zilverkleurige doosje daar op de kast kweek ik walnoten. Je legt een servet onder een noot, je maakt die een klein beetje open, je duwt een tandenstoker in de opening en je geeft de noot water, zodat een nieuw stekje ontstaat.”
“Als je iets zaait, moet je nu eenmaal wachten. Zo leer je ook geduldig te zijn.”
Vallen en weer opstaan
“Tijdens mijn werkend leven ben ik als zoon van een slager kok geweest bij de broeders. Ik volgde de koksopleiding in De Beyart en later in ’s-Hertogenbosch. Nog later was ik verantwoordelijk voor de maaltijden in een klooster in Veghel. Wanneer ik terugkijk, wil ik niet per se beweren dat ik wijzer ben geworden na al die jaren. Ik heb door te vallen en weer op te staan wel veel kennis en levenservaring opgedaan. Niet zozeer aan de hand van boekenwijsheid, maar door leermomenten in de praktijk van alledag.”
De omgang met medemensen heeft mijn leven zinvol gemaakt
“Na mijn keukenavonturen heb ik in Spanje en Chili gewerkt. In Spanje heb ik meegeholpen een internaat op te zetten. Daar en in Chili heb ik ook drugsverslaafden begeleid. Dat vormt je als mens en dat leert je te relativeren. Toen ik in Nederland terugkeerde, vroeg iemand of ik mijn askruisje al had gehaald. Dat vond die persoon belangrijk, ik niet meer zo. De omgang met medemensen heeft mijn leven zinvol gemaakt en dat is nog steeds zo. Vanzelfsprekend heb ik ook wel eens mindere dagen. Dan put ik troost uit mijn geloof in God, al stel ik me daar iets anders bij voor dan de meeste mensen. Een dominee had ooit deze uitspraak gehoord: ’Alles wat wij van boven weten, komt van beneden.’ Met andere woorden: we weten er niets van.”
“Alles wat wij van boven weten, komt van beneden. Met andere woorden: we weten er niets van.”
Hardop in jezelf lachen
“Ik kom uit een nuchter en tegelijkertijd optimistisch gezin. Nuchterheid en optimisme bepalen daarom mijn karakter. Daar kun je mee werken, zeg ik wel eens, want zo’n achtergrond heeft niet iedereen. Wanneer ik voor het laatst hard heb gelachen? Dat was gisteren nog, al lachte ik toen hardop ik mezelf. ’Het is al over’, zei ik tegen degene die mijn binnenpret bemerkte. Ik dacht aan al die politieke verhalen over corona die zich eindeloos blijven herhalen. Wat een gewauwel.”
“Wanneer ik terugkijk, wil ik niet per se beweren dat ik wijzer ben geworden na al die jaren”
“Het voordeel van ouder worden?
Er wordt hier goed voor me gezorgd”

De meeste familieleden willen zo goed mogelijk voor elkaar zorgen. Zo ook de kinderen van meneer Mille. Die kozen vier jaar geleden De Beyart als nieuwe woonplek voor hem uit.
Concurrentie van supermarkten
“Pak die foto daar eens uit de kast. Kijk, hier sta ik naast een paard in het Maastrichtse stadspark. Ik ging vroeger met paard en groentekar kriskras door Maastricht. Daarna had ik een fruit- en groentezaak met mijn vrouw aan het Brandenburgerplein. Die ben ik gestart in 1959. Ik kocht de groenten op de markt in Maastricht of ik haalde die met kisten tegelijk bij de boeren zelf. Het fruit kocht ik bij een van de dertien veilingen in Zuid-Limburg. Nu is er nog maar één grote veiling, die in Margraten. Mijn oudste dochter zit nu in de zaak. Het zijn moeilijke tijden door de concurrentie van supermarkten in de buurt, zoals Aldi en Jan Linders. Die kopen groot in en spreken een vaste prijs af met hun leveranciers.”
“Met paard en groentekar
kriskras door Maastricht”
Dat doen ze goed
“Ik was soldaat bij de luchtdoelartillerie voor laagvliegende vliegtuigen. Mijn taak was om de kogels bij te vullen. We oefenden in Den Helder met een vliegtuig met een zak erachter. Toen was ik nog jong. Nu heb ik valse tanden, een hoorapparaat en een katheter. Om die laatste te laten verschonen, hoef ik gelukkig niet naar het ziekenhuis. Dat doen ze hier in De Beyart en dat doen ze goed. Ik kaart met vrienden van buiten De Beyart in de aula. Jokeren is ons spel. Daar beleef ik veel plezier aan. Ter ontspanning dronk ik vroeger geregeld een biertje in café ’t Haantje op de Markt of in De Knijnspiep in de Muntstraat. Wat het voordeel is van ouder worden? Ik ben 89 jaar en er wordt goed voor me gezorgd hier in De Beyart. Thuis ging dat niet meer. Nadelen zie ik niet. Ik heb mijn sigaren en daar geniet ik van. Ik kan op mijn kamer roken, maar ik ga liever naar buiten, naar de grote binnenplaats.”
“Ik kaart met vrienden van buiten De Beyart in de aula. Jokeren is ons spel.”
De bloemkool is goedkoop, hoe kan dat?
“Als het lekker weer is, ben ik daar geregeld te vinden tot na negen uur ’s avonds. Alcohol drink ik niet meer, dat gaat niet in combinatie met de pillen die ik neem. Mijn vrouw is 27 jaar geleden overleden. Ik ben lang en gelukkig getrouwd geweest en had altijd veel vrienden. Daar denk ik geregeld aan als ik rond een uur of halftien naar bed ga. Als ik dan naar het gebouw tegenover me kijk, zie ik op elke afdeling lichtjes branden. Dat vind ik gezellig. Voordat ik in bed stap, kijk ik altijd naar het nieuws op tv. Wat me nu opvalt: het is slecht en koud weer in Amerika, in Italië en in een hoop andere landen. En toch is de bloemkool goedkoop. Als vroegere groenteman vraag ik me dan af: hoe kan dat?”
“Als ik naar bed ga, zie ik in het gebouw tegenover me op elke afdeling lichtjes branden. Dat vind ik gezellig
Veilig
“De mooie gebouwen die samen de tweede De Beyart vormen zijn ontstaan aan het eind van de negentiende eeuw. Hoe kwamen de broeders destijds aan het geld voor dat grote bouwproject? Dat vraag ik me ook wel eens af. Zo. Nu ga ik eens kijken of ik nog wat kan kaarten in de aula. Ik heb een nieuw slot op mijn deur, maar die sluit ik niet vaak af. Ik voel me hier veilig.”